Alkoven I Hann

1917 (Alderman I Hann x Commanduer Hann)

Samenvatting

Alkoven I is een bruine hengst met een stokmaat van 167 cm. Zijn moeder de bruine merrie Costane Hann (1907, V. Commandeur Hann) en tweede moeder is de bruine Lorelei Hann (1901, V. Lorval Hann).

Alkoven’s vader is de vos hengst Alderman I Hann. Hij is in 1909 in het noorden van Nedersaksen geboren.
Alderman I wordt algemeen gezien als de stamvader van de Hannoveraanse A-hengstenlijn, ondanks dat zijn vader Alnok Hann (1988) en grootvader Adeptus xx (1880) die lijn in Duitsland hebben opgezet. Alderman I heeft echter met zijn 110 goedgekeurde zonen, waarvan er 71 in Hannover hebben gedekt, er voor gezorgd dat de A-hengstenlijn net voor en net na de tweede wereldoorlog de leidende hengstenlijn in Hannover werd, hetgeen er toe leidde dat meer dan  20 % van het Hannoveraanse hengstenbestand tot de Alderman I nafok behoorde. Door de krimp van het merriebestand en de omvorming van landbouwpaard naar rijpaard liep dat percentage snel terug. Vermoedelijk speelde daarbij ook een rol dat de nakomelingen van Alkoven, de meest invloedrijke zoon van Alderman I,  weliswaar krachtige, maar lang niet altijd regelmatige bewegingen hadden. Dat zal één van de redenen zijn dat het aantal goedgekeurde kleinzonen van Alderman I relatief gering is.

Zoals hiervoor al is aangegeven is Alkoven I de meest invloedrijke zoon van Alderman I. Hij heeft zestien zonen gebracht die van belang zijn geweest voor de fokkerij, waarvan de hengst Abendsport Hann (1935) in de fokkerij het best heeft gepresteerd. Elders op deze website is een afzonderlijke pagina aanAbendsport en zijn nakomelingen gewijd.
Een tweede befaamde zoon van Alkoven I is de hengst Agram Hann (1939). Hij staat er om bekend dat hij veel zeer goede springpaarden bracht. In de fokkerij is echter weinig van hem overgebleven.

Inhoud 

Voorkomen en afstamming
Vader
Moeder
Fokkerijcarrière
Dochters
Zonen
Zonen met een geringe bijdrage aan de fokkerij
Betekenisvolle zonen in de fokkerij

Voorkomen en afstamming

Alkoven I Hann DE 331310014017 is een bruine hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is in 1917 geboren en is gefokt door Von Allwörden uit Krautsand, dat circa 25 km ten noorden van Stade in het noorden van Nedersaksen aan de oever van de Elbe ligt.

Alkoven I is een broer van de hengst Alkoven II Hann (1922).

Gerekend over acht generaties heeft Alkoven I een afstamming met 35,2 % Engels- en Arabisch volbloed en 34,4 % Hannoveraans bloed.

Vader

De vader van Alkoven I is de vos hengst Alderman I Hann. Hij heeft een stokmaat van 168 cm. Hij is in 1909 geboren en is gefokt door Kords uit Asselersand, dat in het noorden van Nedersaksen bij Drochtersen aan de rivier de Elbe ligt.

Alderman I wordt algemeen gezien als de stamvader van de Hannoveraanse A-hengstenlijn, ondanks dat zijn vader Alnok Hann (1988) en grootvader Adeptus xx (1880) die lijn in Duitsland hebben opgezet. Alderman I heeft echter met zijn 110 goedgekeurde zonen, waarvan er 71 in Hannover hebben gedekt,annover hebb er voor gezorgd dat de A-hengstenlijn de leidende hengstenlijn in Hannover annover Hwerd.

In het prachtige standaardwerk “Hannoveraner, Zucht und Entwicklung der weltweit gefragten Pferde”, dat de Deutschen Reiterliche Vereinigung in 2016 heeft uitgegeven, wordt gemeld dat net voor en net na de tweede wereldoorlog meer dan  20 % van het Hannoveraanse hengstenbestand tot de Alderman I nafok behoorde. Door de krimp van het merriebestand en de omvorming van landbouwpaard naar rijpaard liep dat percentage snel terug. Vermoedelijk speelde daarbij ook een rol dat de nakomelingen van Alkoven, de meest invloedrijke zoon van Alderman I,  weliswaar krachtige, maar lang niet altijd regelmatige bewegingen hadden. Dat zal één van de redenen zijn dat het aantal goedgekeurde kleinzonen van Alderman I relatief gering is. Anderzijds wordt er op gewezen dat via de dochters van Alderman I veel invloed op de belangrijke Semper Idem Trak/Senator Hann lijn is uitgeoefend.
Sinds 1995 beloopt het aantal merries dat door hengsten uit de Alderman I lijn wordt gedekt nog circa 2 % van het actieve merriebestand in Hannover.

Moeder

De moeder van Alkoven I is de bruine merrie Costane Hann (1907, V. Commandeur Hann). Zij is ook de tweede moeder van de hengsten Flügelmann I Hann (1929, V. Flavius Hann) en Flügelmann II (1930), die beide zijn goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.
Tweede moeder van Alkoven I en II is de bruine Lorelei Hann (1901, V. Lorval Hann).
Aan de verdere moederlijn hebben de hengst Orinocco Trak (1889, V. Perkunos Trak) en Julius Hann (1871, V. Schlütter Hann) bijgedragen.

Fokkerijcarrière

Alkoven I is in het najaar van 1919 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek en is van 1920 tot en met 1939 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Hij heeft daarbij in 1920 op een dekstation in Drochtersen, vlak bij zijn geboorteplaats, gestaan en van 1921 tot en met 1931 op een dekstation in Otterndorf, dat vijftien km ten oosten van Cuxhaven ligt. In de jaren 1932  – 1939 is hij in Hechthausen, tussen Stade en Hemmoor, beschikbaar geweest. In 1940 is Alkoven I afgevoerd.

Dochters

Van Alkoven I zijn 31 staatspremiemerries, 202 hoofdstamboekmerries en 40 stamboekmerries geregistreerd.

Drieëntwintig dochters van Alkoven I zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Abefiza Hann, 1921, vos, MV. Marocco Trak, is de moeder van de hengst Anhalt Hann (1933, V. Alstergold Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Ackermäuschen Hann, 1921, bruin, MV. Nelusko Hann, is de moeder van de hengst Finish Mecklb (1931, V. Feiner Kerl Hann), die is goedgekeurd door het Mecklenburgse stamboek;

Abinulla Hann, 1923, vos, MV. Erlkönig Trak, is de moeder van de hengst Altgold Westf (1927, V. Altenstadt Westf), die is goedgekeurd door het Westfaalse stamboek;

Adakilla Hann, 1924, vos, MV. Nelusko Hann, is de moeder van de hengst Ast Hann (1934, V. Alter Dessauer Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Op deze website is een aparte pagina gewijd aan de hengst Ast;

Adakolla Hann, 1924, bruin, MV. Nelusko Hann, is de moeder van de hengsten Flottweg Hann (1929, V. Feiner Kerl Hann), Falko I Hann (1931, V. Feiner Kerl Hann) en zijn broer Falko II Hann (1932). Flottweg is goedgekeurd door het Westfaalse stamboek en beide Falko’s zijn goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Adagara Hann, 1925, MV. Nenner Hann, is de moeder van de hengst Alkoran Hann (1931, V. Alter Dessauer Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Alkwele Hann, bruin, MV. Wels Hann, is de moeder van de hengst Flimmergold Hann (1929, V. Flimmer I Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Alpenfahrt Hann, schimmel, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Fresko Hann (V. Flügelmann I Hann), die is goedgekeurd door het Mecklenburgse stamboek;

Auskunftei Hann, donkerbruin, MV. Sonnenfleck Trak, is de moeder van de hengst Funkspruch Hann (1936, V. Flügelmann I Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse- en het Mecklenburgse stamboek;

Koralle Hann, vos, MV. Koran Hann, is de moeder van de hengst Allost Meckl (1929, V. Allotria Hann), die is goedgekeurd door het Mecklenburgse stamboek;

Abirra Hann, 1926, vos, MV. Sonnenfleck Trak, is de moeder van de hengst Flügeladler Hann (1938, V. Flügelmann I Hann), die is goedgekeurd door het Mecklenburgse stamboek;

Allerkind Hann, 1926, bruin, MV. Neheim Hann, is de moeder van de broers Falk I Hann (1937, V. Feiner Kerl Hann), Falk II Hann (1940) en Falk III (1943), die alle drie zijn goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Anticosti Hann, 1926, vos, MV. Silkow Hann, is de moeder van de hengst Grenadier Hann (1941, V. Gote Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse- en het Mecklenburgse stamboek.

Alkiza Hann, 1927, vos, MV. Sonnenfleck Trak, is de moeder van de hengst Arko Hann (1938, V. Alter Dessauer Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Allerte Westf, 1928, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Schwalch Westf (1935, V. Schwarm Westf), die is goedgekeurd `door het Westfaalse stamboek;

Ausgeding Hann, 1929, bruin, MV. Nenner Hann, is de moeder van de hengst Funker Hann (1936, V. Flügelmann I Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Adlata Hann, 1933, zwartbruin, MV. Lorenz Hann, is de moeder van de hengst Frontal Hann (1937, V. Forsch II Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Alandinsel Hann, 1933, bruin, MV. Jassy I Hann, is de moeder van de hengst Goldfalk Hann (1943, V. Goldfisch II Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Andrea Hann, 1933, bruin, MV. onbekend, is de moeder van de hengst Altsitz Westf (1942, V. Altlobitz Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Alpenquelle Hann staatspremiemerrie, 1934, bruin, MV. Lorenz Hann, is de moeder van de hengst Dolko Hann (1944, V. Dolling Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Adeltrude Hann, 1936, zwart, is de moeder van de hengst Donnerwetter Hann (1946, V. Dolling Hann), die is goedgekeurd door het Westfaalse stamboek;

Adressatin Hann, 1937, zwart, MV. Altlobitz Hann, is de moeder van de hengst Gospodin Hann (1953, V. Gouverneur Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Aulis Hann staatspremiemerrie, 1940, vos,  MV. onbekend, is de moeder van de hengst Dollond Hann (1946, V. Dolling Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.

Zonen

Daarnaast zijn 25 zonen van Alkoven I goedgekeurd voor de fokkerij:
Alkoran Hann (1922), Allwetter I Hann (1922), Altmeister I Hann (1922), Alando Westf (1923), Allmers Hann (1923), Alsdann Hann (1923), Alter Cadett Hann (1923), Albeck Hann (1924), Alkazar Hann (1924), Alkman Hann (1926), Allwetter II Hann (1926), Amorno Hann (1927), Allusko Hann (1928), Indigo Hann (1930), Akanthus Hann (1931), Agena Hann (1932), Alkmar Hann (1932), Allwieder Hann (1933), Anstreicher Hann (1933), Abendsport Hann (1935), Altenteil Westf (1935), Arndt Hann (1935), Agram Hann (1939), Altried Hann (1939) en Axel Hann (1940).

Zonen met een geringe bijdrage aan de fokkerij

De hengst Alando Westf (MV. Lorval Hann) is goedgekeurd door het Westfaalse stamboek. Van de hengst zijn twee nakomelingen bekend.

De hengst Alsdann Hann (MV. Koran Hann) is goedgekeurd door het Mecklenburgse stamboek. Van de hengst is één nakomeling bekend.

De hengst Alter Cadett Hann (MV. Cadet Hann) is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Van hem zijn enkele nakomelingen bekend, waaronder zijn zoon Alter Freund Hann (1934, MV. Schwabenblock Hann), die van weinig belang is geweest.

De hengst Alkman Hann (MV. Schnapphahn I Hann) is goedgekeurd door het Berl.-Brand stamboek, maar heeft slechts één bekende nakomeling.

De hengst Indigo Hann (MV. Goldring II Hann) is in 1933 goedgekeurd door het Zweedse stamboek. In Zweden zijn in de jaren 1934 en 1935 negen nakomelingen van hem geregistreerd. Indigo is in 1948 overleden.

De hengst Akanthus Hann (MV. Notandus Hann) is in het najaar van 1934 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. In de jaren 1935 – 1940 zijn van hem drie hoofdstamboekmerries en tien stamboekmerries geregistreerd.

De hengst Alkmar Hann (MV. Mormone Hann) is goedgekeurd door het Holsteinse stamboek. Van de hengst is één nakomeling bekend.

De hengst Altenteil Westf (MV. Flieder Hann) is in het najaar van 1937 goedgekeurd door het Westfaalse stamboek. Hij is tenminste vijf jaar beschikbaar geweest voor de fokkerij. Van hem zijn vijf nakomelingen bekend waaronder zijn zoon Anerbe Westf (1943, MV. Florentiner Westf). Van Anerbe is één nakomeling bekend.

De hengst Arndt Hann (MV. Lorenz Hann) is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. In de periode 1941 – 1944 zijn tenminste vier nakomelingen van hem geregistreerd.

Betekenisvolle zonen in de fokkerij

1.  Alkoran Hann DE 305050179722

Alkoran Hann (V. Alkoven I Hann) is een zwarte hengst met een stokmaat van 166 cm. Hij is in 1922 geboren en is gefokt door Hottendorf uit Otterndorf, dat ruim 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Alkoran is de zwarte merrie Arfoza Hann (Aconit Hann) en tweede moeder is Sega Hann (1913, V. Schnapphahn I Hann).
Sega is ook de tweede moeder van de hengsten Facit Hann (1927, V. Feiner Kerl Hann), Almanach I Hann (1936, V. Almjäger I Hann) en zijn broer Almanach II Hann (1940). Facit is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek en Almanach I en II zijn goedgekeurd door het Westfaalse stamboek.

Gerekend over acht generaties heeft Alkoran een afstamming met 41,4 % Hannoveraans bloed, 23,4 % Engels volbloed en 10,9 % Trakehner bloed.

Alkoran is in het najaar van 1924 goedgekeurd door het Brandenburgse stamboek en is van 1925 tot en met 1932 door het Brandenburgse Landgestüt in Neustad/Dosse beschikbaar gesteld voor de fokkerij.

Van Alkoran zijn dertien staatspremiemerries, 55 hoofdstamboekmerries en zes stamboekmerries geregistreerd.

Twee dochters zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Klette Berl-Brand, bruin, MV. JG Delius Hann, is de moeder van de hengst Cantus Berl-Brand (1936, V. Cannstatt Berl-Brand), die is goedgekeurd door het Berlin-Brandenburgse stamboek en

Monde Berl-Brand, bruin, is de moeder van de hengst Canto Berl-Brand (1945, V. Cannstatt Verl-Brand), die is goedgekeurd door het Berlin-Brandenburgse stamboek.

Alkoran’s zonen Alc Berl-Brand (1926), Nordmann Berl-Brand (1929) en Argos Berl-Brand (1933) zijn goedgekeurd voor de fokkerij, Van hen heeft alleen Nordmann een bijdrage aan de fokkerij geleverd.

1.1. Nordmann Berl-Brand

Nordmann Berl-Brand (V. Alkoran Hann) is een vos hengst die in 1929 is geboren. Hij is gefokt door de Friedrich-Wilhelm stoeterij in Neustadt-Dosse.
De moeder van Nordmann is de bruine merrie Norddeich Hann (1920, V. Nodom Hann). Zij is ook de moeder van de hengst Nolte Hann (1932, V. Laubkäfer Berl-Brand), die is goedgekeurd door het Berlin-Brandenburgse stamboek.
Tweede moeder van Nordmann is de zwarte Silva Hann (1914, V. Schwabenstreich Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Nordmann een afstamming met 50,8 % Hannoveraans bloed en 25,0 % Engels volbloed.

Nordmann is in het najaar van 1932 goedgekeurd door het Berl.- Brandenburgse stamboek. Hij is tot 1952 voor de fokkerij beschikbaar geweest in de toenmalige DDR.

Van Nordmann zijn acht zonen goedgekeurd voor de fokkerij  en zijn 28 dochters als staatspremiemerrie geregistreerd; 95 dochters zijn als hoofdstamboekmerrie vastgelegd en één dochter is als stamboekmerrie geregistreerd.

Drie dochters van Nordmann zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Niedliche Berl-Brand, vos, MV. Hausmann Berl-Brand, is de moeder van de hengst Schwadroneur Berl-Brand (1945, V. Schwank Westf), die is goedgekeurd door het Berl-Brandenburgse stamboek;

Patrone Berl-Brand staatspremiemerrie, vos, MV. Schwabach Berl-Brand, is de moeder van de hengsten Hexameter Berl-Brand (1948, V. Hexenschuss Trak) en Feldmann Berl-Brand (1952, V. Fixativ Hann), die beide zijn goedgekeurd door het Berl.-Brandenburgse stamboek en

Romanze Berl-Brand, donkerbruin, MV. Mailänder Berl-Brand, is de moeder van de hengst Freiling Berl-Brand (1948, V. Fridolin Berl-Brand), die is goedgekeurd door het Berl-Brandenburgse stamboek.

Zes zonen van Nordmann zijn goedgekeurd voor de fokkerij, maar hebben geen grote rol in de fokkerij gespeeld. De goedgekeurde zonen zijn:
Nordregen Berl-Brand (1934), Nordstern Berl-Brand (1935), Neumärker Berl-Brand (1938), Norweger Berl-Brand (1938), Nordhäuser Berl-Brand (1940) en Nordheld Hann.

De hengst Nordregen Berl-Brand (MV. Depeschenbote Brand) is goedgekeurd door het Berl.-Brandenburgse stamboek. Zijn zoon Norge Berl-Brand is goedgekeurd voor de fokkerij.

De hengst Nordstern Berl-Brand (MV. Donar Berl-Brand) is goedgekeurd door het Berl.-Brandenburgse stamboek.

De hengst Neumärker Berl-Brand (MV. Depeschenbote Berl-Brand) is goedgekeurd door het Berl.-Brandenburgse stamboek. Drie zonen van hem zijn goedgekeurd voor de fokkerij: Neuland Berl-Brand (1944, MV. Felix Hann) is goedgekeurd door het Berl.-Brandenburgse- en het Saksen-Anhalt stemboek; Neuer Satz Berl.-Brand (1945, MV. Satan Berl-Brand) en Neuerer Berl-Brand (1946, MV. Satan Berl-Brand)  zijn beide goedgekeurd door het Berl-Brandenburgse stamboek. Geen van deze drie hengsten heeft veel invloed op de fokkerij gehad.

De hengst Norweger Berl-Brand (MV. Alger Berl-Brand) is goedgekeurd door het Berl.-Brandenburgse stamboek. Zijn zonen Nordstern Berl-Brand (1946, MV. Abendstern Hann) en Nordlicht Berl-Brand (MV. Gerhag Berl-Brand) zijn goedgekeurd voor de fokkerij, maar hebben geen grote indruk achtergelaten.

De hengst Nordhäuser Berl.-Brand (MV. Hausmann Berl.-Brand) is goedgekeurd door het Berl.-Brandenburgse stamboek. Zijn zonen Nordsalm Berl.-Brand (1944, V. Salvator Berl.-Brand) en Nordwind Berl.-Brand (1944, MV. Goldfisch Berl.-Brand) zijn goedgekeurd voor de fokkerij, maar hebben geen grote invloed op de fokkerij gehad.

De hengst Nordheld Hann (MV. onbekend) is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Zijn zoon Charles SWB (1942, MV. Agadir Trak) is goedgekeurd door het Zweedse stamboek, maar van hem zijn geen nakomelingen geregistreerd.

2.  Allwetter I Hann DE 331310017922

Allwetter I Hann (V. Alkoven I Hann) is een donkerbruine hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is gefokt door Adolf Allers uit Otterndorf, dat ruim 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.
Allwetter I is een broer van de hengst Allwetter II Hann (1926, zie hfdst. 6.).

De moeder van beide hengsten is de donkerbruine merrie Narconda Hann (1914, V. Nenner Hann) en tweede moeder is een dochter van de hengst Donner Hann (1888).

Gerekend over acht generaties heeft Allwetter I een afstamming met 35,9 % Hannoveraans bloed en 32,8 % Engels volbloed.

Allwetter I is in het najaar van 1925 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.
Hij is van 1926 tot en met 1931 door het Landgestüt Osnabrück beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Daarbij heeft hij van 1926 tot en met 1928 op een dekstation in Sudweyde, ten zuiden van Bremen, gestaan, en van 1929 tot en met 1931 op een station in Landesbergen, dat ten zuiden van Nienburg ligt. Daarna is hij als landbouwpaard gebruikt op de stoeterij in Graditz.

Van Allwetter I zijn vijftien hoofdstamboekmerries en tien stamboekmerries geregistreerd.

3.  Altmeister I Hann DE 331310026122

Altmeister I Hann (V. Alkoven I Hann) is een bruine hengst die in 1922 is geboren. Hij is gefokt door Heinrich Schröder uit Otterndorf, dat ruim 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Altmeister I is de vos merrie Narcunda Hann (1914, V. Notandus Hann) en tweede moeder is de vos Calixte Hann (1903, V.  Capitain II Hann). Calixte is ook de moeder van de hengst Notatus Hann (1912, V. Notandus Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Altmeister een afstamming met 34,4 % Engels- en Arabisch volbloed, 28,9 % Hannoveraans bloed en 10,2 % Trakehner- en Oostpruisisch bloed.

Altmeister is in het najaar van 1924 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1925 tot en met 1928 door het Landgestüt Celle op een dekstation in Handorf voor de fokkerij beschikbaar gesteld. Na het dekseizoen 1928 is Altmeister gedood.

Van de hengst zijn zestien hoofdstamboekmerries en twee stamboekmerries geregistreerd.

4. Allmers Hann DE 331310016723

Allmers Hann (V. Alkoven I Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 162 cm.
Hij is in 1923 geboren en is gefokt door O. Beckmann uit Otterndorf, dat ruim 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Allmers is de vos merrie Eidechse I Hann (1915, V. Erlkönig Hann) en tweede moeder is een schimmel dochter van de hengst Optimist Trak.

Gerekend over acht generaties heeft Allmers een afstamming met 35,9 % Engels- en Arabisch volbloed, 23,4 % Trakehner bloed en 21,1 % Hannoveraans bloed.

Allmers is in het najaar van 1926 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1927 tot en met 1945 door het Landgestüt in Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Hij heeft van 1927 tot en met 1938 op een dekstation gestaan  in Brietlingen, dat ten noorden van Lüneburg ligt en van 1939 tot en met 1945 op een station in Baljerdorf, in het noorden van Nedersaksen. Na het dekseizoen 1945 is Allmers gedood.

Van Allmers zijn negentien dochters geregistreerd als staatspremiemerrie; 87 als hoofdstamboekmerries en 35 als stamboekmerries.

Dochter Allwissende staatspremiemerrie (1934) is de tweede moeder van de hengst Cyrano Westf (1961, V. Cyrus Westf). Cyrano is onder andere de moedersvader van de door het KWPN goedgekeurde preferente hengst Roemer Westf (1975, V. Pilatus Westf).

De Allmers-zonen Allerstrand Hann (1928, MV. Andermatt Graditz) en Allander Hann (1929, MV. onbekend) zijn goedgekeurd voor de fokkerij, maar alleen Allerstrand is daarin van belang geweest0.

4.1.  Allerstrand Hann DE 331310015928

Allerstrand Hann (V. Allmers Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 169 cm. Hij is in 1928 geboren en is gefokt door Hermann Meyer uit Horburg, dat circa tien km ten noorden van Lüneburg in het noordoosten van Nedersaksen ligt.
De moeder van Allerstrand is de vos merrie Abikunda Hann (1923, V. Andermatt Graditz) en tweede moeder is de vos Amrika Hann (1910, V. Ammer Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Allerstrand een afstamming met 30,5 % Trakehner- en Oostpruisische bloed, 29,7 % Engels- en Arabisch volbloed en 26,6 % Hannoveraans bloed.

Allerstrand is in het najaar van 1931 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1932 tot en met 1945 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij, waarbij hij in 1932 op een dekstation in Drochtersen, ten noorden van Stade, heeft gestaan en van 1933 tot en met 1945 op een bedrijf in Hollern, bij Stade.
Na het dekseizoen 1945 is Allerstrand afgevoerd (gedood).

Van Allerstrand zijn vijftien staatspremiemerries, 93 hoofdstamboekmerries en 29 stamboekmerries geregistreerd.

Zijn zonen Ansturm Hann (1934), Allard Hann (1935), Allerdorf I Hann (1937), Allermeist Hann (1938), Allerdorf II Hann (1940), Allerbursch Hann (1942) en Alba Hann zijn goedgekeurd voor de fokkerij, maar alleen Allerdorf I en Allermeist hebben bijgedragen aan de fokkerij.

4.1.1. Allerdorf  I Hann DE 331310319337

Allerdorf I Hann (V. Allerstrand Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 166 cm. Hij is in 1937 geboren en is gefokt door Willi Vollmer uit Dollern, dat net ten zuiden van Stade in het noorden van Nedersaksen ligt.
Allerdorf I is een broer van de hengsten  Ansturm Hann (1934) en Allerdorf II Hann (1940).
De moeder van deze hengsten is de vos merrie Franconia Hann (1929, V. Flugsport Hann) en tweede moeder is de bruine Abepunda Hann (1922, V. Alter Kerl I Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Allerdorf I een afstamming met 49,2 % Hannoveraans bloed, 22,7 % Engels- en Arabisch bloed en 21,1 % Trakehner bloed.

Allerdorf I is in het najaar van 1939 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1940 tot en met 1952 door het Landgestüt Osnabrück beschikbaar gesteld voor de fokkerij, waarbij hij in 1940 op een dekstation heeft gestaan in Stiepelse, dat bij Lüneburg ten oosten van de Elbe ligt; in 1941 op een station in Meppen in het Emsland en van 1942 – 1951 op een dekstation in Mandelsloh, dat 25 km ten noorden van Hannover ligt. In 1952 is hij beschikbaar geweest op een station in Hoyerhagen, dat circa vijftien km ten zuidwesten van Verden ligt.
Allerdorf I is in 1952 gedood.

Van Allerdorf I zijn 31 staatspremiemerries, 51 hoofdstamboekmerries en 25 stamboekmerries geregistreerd.

4.1.2.  Allermeist Hann DE 331310324038

Allermeist Hann (V. Allerstrand Hann) is een bruine hengst met een stokmaat van 166 cm. Hij is in 1938 geboren en is gefokt door de weduwe Schacht uit Hollern, dat bij Stade in het noorden van Nedersaksen ligt.

De moeder van Allermeist is de bruine merrie Alsterbeute Hann (1934, V. Alsterpreis Hann). Tweede  moeder is de bruine Fliederlore Hann (1927, V. Flieder Hann). Zij is ook de moeder van de hengst Alter Fritz Hann (1931, V. Altlobitz Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.

Allermeist is in het najaar van 1940 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1941 tot en met 1951 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Daarbij heeft hij in de jaren 1941 – 1949 op een dekstation in Landesbrück, dat bij Freiburg in het noorden van Nedersaksen ligt, gestaan. In 1950 en 1951 is hij beschikbaar geweest op een dekstation in Ringstedt, dat circa 20 km ten oosten van Bremerhaven ligt. Daarna is hij als “Wagenpferd” door het Landgestüt Celle ingezet.

Van Allermeist zijn vier staatspremiemerries, 46 hoofdstamboekmerries, en 21 stamboekmerries geregistreerd.

Zijn zoon Alarm Hann (1942, V. Schorse II Hann) is goedgekeurd door het Hannoveraanse- en het Tsjechische stamboek. Het Tsjechische stamboek heeft tien zonen van hem goedgekeurd voor de fokkerij.

5.  Albeck Hann DE 331310008024

Albeck Hann (V. Alkoven I Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is in 1924 geboren en is gefokt door Rudolf Köser uit Neuenkirchen, dat circa 15 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Albeck is de vos merrie Supra II Hann (1920, V. Sonnenfleck Trak). Zij is ook de tweede moeder van de hengsten Funkspruch Hann (1936, V. Flügelmann I Hann) en Flügeladler Hann (1938, V. Flügelmann I Hann), die beide door het Mecklenburgse stamboek zijn goedgekeurd. Funkspruch is ook door het Hannoveraanse stamboek goedgekeurd.
Tweede moeder van Albeck is de vos Nabissa Hann (1912, V. Nelusko Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Albeck een afstamming met 35,9 % Engels- en Arabisch volbloed, 23,4 % Hannoveraans bloed en 21,1 % Trakehner bloed.

Albeck is in het najaar van 1927 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1928 tot en met 1937 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij, waarbij hij in de jaren 1928 – 1932 op een dekstation heeft gestaan in Oberndorf, dat ten noorden van Hemmoor in het noorden van Nedersaksen ligt.
Daarna heeft Albeck van 1933 tot en met 1937 in Sittensen, halverwege Bremen en Hamburg, gestaan. Na het dekseizoen 1937 is Albeck afgevoerd.

Van Albeck zijn vier staatspremiemerries, zeventien hoofdstamboekmerries en zeventien stamboekmerries geregistreerd.

6.  Alkazar Hann DE331310013724

Alkazar Hann (V. Alkoven I Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 165 cm.
Hij is in 1924 geboren en is gefokt door Georg Wiborg uit Otterndorf, dat circa 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Alkazar is de vos merrie Cabriole Hann (1914, V. Caruso Berl-Brand). Tweede moeder is een dochter (1900) van Nelusko Hann, die ook de moeder is van de door het Hannoveraanse stamboek goedgekeurde hengst Ernö Hann (1908, V. Erlkönig Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Alkazar een afstamming met 35,2 % Engels- en Arabisch volbloed, 19,5 % Hannoveraans bloed, 19,5 % Trakehner bloed en 10,2 % Mecklenburgs bloed.

Alkazar is in het najaar van 1926 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1927 tot en met 1946 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Daarbij heeft hij van 1927 tot en met 1930 op een dekstation in Altenbruch bij Cuxhaven gestaan en in de jaren 1931 – 1933 op een dekstation in Harsefeld, dat ruim tien km ten zuiden van Stade in het noorden van Nedersaksen ligt. Vervolgens heeft hij van 1934 tot en met 1946 op een dekstation in Wallhöfen, 25 km ten noorden van Bremen, gestaan. Na het dekseizoen 1946 is Alkazar gedood.

Van Alkazar zijn veertien staatspremiemerries, 59 hoofdstamboekmerries en 69 stamboekmerries geregistreerd.

7.  Allwetter II Hann DE 331310018026

Allwetter II Hann (V. Alkoven I Hann) is een bruine hengst met een stokmaat van 169 cm. Hij is gefokt door Adolf Allers uit Otterndorf, dat ruim 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.

Allwetter II is een broer van de hengst Allwetter I Hann (1926, zie hfdst. 2.).
De moeder van beide hengsten is de donkerbruine merrie Narconda Hann (1914, V. Nenner Hann) en tweede moeder is een dochter van de hengst Donner Hann (1888).

Gerekend over acht generaties heeft Allwetter I een afstamming met 35,9 % Hannoveraans bloed en 32,8 % Engels volbloed.

Allwetter II is in het najaar van 1929 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1930 tot en met 1938 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Daarbij heeft hij in de jaren 1930 -1935 op een dekstation in Lehrte bij Hannover gestaan en in de jaren 1936 – 1938 op een station in Hepstedt, dat tien km ten westen van Zeven in Nedersaksen ligt.
Vanaf 1938 is Allwetter II als landbouwpaard ingezet het Hauptgestüt Graditz.

Van Allwetter II zijn een staatspremiemerrie, veertien hoofdstamboekmerries en vijftien stamboekmerries geregistreerd.

8.  Amorno Hann DE 331310031127

Amorno Hann (V. Alkoven I Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 166 cm. Hij is in 1927 geboren en is gefokt door Julius Hottendorff jr. uit Otterndorf, dat ruim 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.

De moeder van Amorno is de donkerbruine merrie Magena Hann (1922, V. Mormone Hann). Tweede moeder is de donkerbruine merrie Fleers Hann (1905, V. Flenheim). Zij is ook de tweede moeder van de hengst Schnell Hann (1914, V. Schnapphahn I Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Amorno een afstamming met 40,6 % Engels volbloed en 22,7 % Hannoveraans bloed.

Amorno is in het najaar van 1930 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1931 tot en met 1945 voor de fokkerij beschikbaar gesteld door het Landgestüt Celle, waarbij hij alle jaren op een dekstation in Bremervörde, dat 65 km ten noorden van Bremen in Nedersaksen ligt, heeft gestaan.

Van Amorno zijn 24 staatspremiemerries, 85 hoofdstamboekmerries en 89 stamboekmerries geregistreerd.

9.  Allusko Hann DE 331310017528

Allusko Hann (V. Alkoven I Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 163 cm. Hij is in 1928 geboren en is gefokt door Georg Wiborg uit Otterndorf, dat ruim 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.

De moeder van Allusko is de vos merrie Nufenda Hann (1918, V. Nelusko Hann) en tweede moeder is de vos Orelline Hann (1911, V. Orow Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Allusko een afstamming met 39,1 % Engels- en Arabisch volbloed, 25,0 % Hannoveraans bloed, 13,3 % Trakehner bloed en 10,9 % Mecklenburgs bloed.

Allusko is in het najaar 1931 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1932 tot en met 1949 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij, waarbij hij alle jaren op een dekstation in Beverstedt heeft gestaan. Beverstedt ligt circa 20 km ten zuidoosten van Bremerhaven in het noorden van Nedersaksen. Na het dekseizoen 1949 is Allusko gedood.

Van Allusko zijn achttien staatspremiemerries, tachtig hoofdstamboekmerries en 102 stamboekmerries geregistreerd.

10.   Agena Hann DE3313102995

Agena Hann (V. Alderman I Hann) is een bruine hengst met een stokmaat van 161 cm. Hij is in 1932 geboren en is gefokt door Adolf Blohm uit Otterndorf, dat ruim 10 km ten oosten van Cuxhaven in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Agena is de vos merrie Adafuta Hann (1925, V. Altenstadt Hann). Zij is ook de moeder van de broers Freistadt I Hann (1939, V. Flügelmann I Hann) en Freistadt II Hann (1942), die beide door het Hannoveraanse stamboek zijn goedgekeurd.
Tweede moeder van Agena is de vos Nebendina Hann (1911, V. Nenner Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Agena een afstamming met 43,8 % Hannoveraans bloed, 26,6 % Engels volbloed en 10,9 % Trakehner- en Oostpruisisch bloed.

Agena is in het najaar van 1935 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is in 1936 en 1937 door het Landgestüt Celle op een dekstation in Frankenburg, ruim tien km ten noorden van Bremen, beschikbaar gesteld voor de fokkerij. In de loop van 1937 is hij als landbouwpaard ingezet op de stoeterij Hunnesrück.

Van Agena zijn vijf staatspremiemerries, negen hoofdstamboekmerries en negentien stamboekmerries geregistreerd.

11.   Allwieder Hann DE 331310303533

Allwieder Hann (V. Alkoven I Hann) is een bruine hengst met een stokmaat van 165 cm. Hij is in 1933 geboren en is gefokt door Christian Hinck uit Burweg, dat ruim tien km ten westen van Stade in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Allwieder is de bruine merrie Favata Hann (1921, V. Flieder Hann) en tweede  moeder is de vos Jemza Hann (1915, V. Jasperding Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Allwieder een afstamming met 38,3 % Hannoveraans bloed en 29,7 % Engels volbloed.

Allwieder is in het najaar van 1936 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1937 tot en met 1951 op een dekstation in Hänigsen voor de fokkerij beschikbaar gesteld door het Landgestüt Celle. Na afloop van het dekseizoen 1951 is Allwieder gedood.

Van Allwieder zijn 20 staatspremiemerries, 57 hoofdstamboekmerries en 52 stamboekmerries geregistreerd.

12.  Anstreicher Hann DE 331310304033

Anstreicher Hann (V. Alkoven I Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 167 cm.
Hij is in 1933 geboren en is gefokt door Berngard Breuer uit Borstel, dat circa vijftien km ten zuidoosten van Stade aan de Elbe ligt.

De moeder in Anstreicher is de donkerbruine merrie Saleta Hann (1916, V. Schwabenstreich Hann) en tweede moeder is de vos Gewara Hann (1907, V. Gessler Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Anstreicher een afstamming met 37,5 % Hannoveraans bloed, 26,6 % Engels volbloed en 11,7 % Trakehner bloed.

Anstreicher is in het najaar van 1936 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is door het Landgestut Celle van 1937 tot en met 1940 voor de fokkerij beschikbaar gesteld op een dekstation in Otterstedt, dat dertig km ten noorden van Verden ligt. Daarna is hij als landbouwpaard ingezet op het Hauptgestüt Graditz.

Van Anstreicher zijn vier staatspremiemerries, 25 hoofdstamboekmerries en 35 stamboekmerries geregistreerd.

Dochter Anneken Meckl (1941, MV. onbekend) is de moeder van de hengst Fortress Meckl (1945, V. Forscher Meckl), die is goedgekeurd door het Mecklenburgse stamboek.

13.   Abendsport Hann DE 331310310935

Abendsport Hann (V. Alkoven I Hann) is een donkere vos hengst met een stokmaat van 164 cm. Hij is in 1935 geboren en is gefokt door Robert Schröder uit Sethlerhemm, dat bij Hemmoor in het noorden van Nedersaksen ligt.

De moeder van Abendsport is de vos merrie Stiefmutter Hann (1931, V. Sportsmann Hann). Zij is ook de moeder van de hengst Forst Hann (1940, V. Forscher Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.

Tweede moeder van Abendsport is de vos Jeminda Hann (1923, V. Jasperding Hann).

De hengst Alderman I komt zowel aan vaders- als aan moederskant voor in de afstamming van Abendsport en draagt voor 31,25 % bij aan zijn erfelijke aanleg.

Gerekend over acht generaties heeft Abendsport een afstamming met 50% Hannoveraans bloed en 25,8 % Engels volbloed.

Abendsport is in het najaar van 1938 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1939 tot en met 1949 door het Landgestüt Celle op het dekstation Altenbruch, bij Cuxhaven, beschikbaar gesteld voor de fokkerij.
Na het dekseizoen 1949 is Abendsport gedood.

Van Abendsport zijn 68 staatspremiemerries, 136 hoofdstamboekmerries en vijf stamboekmerries geregistreerd.

Vijfendertig dochters van Abendsport zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden en 49 zonen zijn goedgekeurd voor de fokkerij.

Voor uitgebreide informatie over Abendsport en zijn nakomelingen wordt verwezen naar de pagina Abendsport Hann op deze website www.stempelhengsten.eu.

14.  Agram Hann DE 331310329439

Agram Hann (V. Alkoven I Hann) is een schimmel hengst met een stokmaat van 161 cm. Hij is in 1939 geboren en is gefokt door Harm Peters uit Brobergen, dat circa vijftien km ten westen van Stade in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Agram is de schimmel merrie Ackerkind Hann (1932, V. Amateur I Hann). Zij is ook de moeder van de hengst Waldteufel Hann (1947, V. Falk II Hann), die door het Hannoveraanse stamboek is goedgekeurd.
Tweede moeder is de donkerbruine Lucia Hann (1925, V. Lorens Hann). Zij is ook de moeder van de hengst Florentiner Hann (1935, V. Forsch II Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.

Gerekend over acht generaties heeft Agram een afstamming met 46,1 % Hannoveraans bloed en 25,8 % Engels- en Arabisch volbloed.

Agram is in het najaar van 1941 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1942 tot en met 1962 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Daarbij heeft hij van 1942 – 1949 en van 1953 – 1962 op een dekstation gestaan in Splietau, dat bij Dannenberg in het noordoosten van Nedersaksen ligt. In de jaren 1950 – 1952 is hij beschikbaar geweest op een dekstation in Uthlede, dat tussen Bremen en Bremerhaven ligt.

Volgens de All Breed Database zijn van Agram drie hengsten goedgekeurd en 13 staatspremiemerries, 123 hoofdstamboekmerries en 32 stamboekmerries geregistreerd. Daarnaast zijn 187 nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben een gezamenlijke winsom van DM 655.521 (€ 335.162). Gezien de hoogte van het prijzengeld dat in de jaren 1950 – 1970 bij wedstrijden beschikbaar werd gesteld is de levenswinsom van Agram’s nakomelingen een enorm bedrag. Het onderstreept de wereldwijde faam van Agram als een buitengewoon goede vererver van springaanleg. Op internet is echter geen informatie te vinden over de nakomelingen van Agram die goed hebben gepresteerd in de springsport.

Agram is in 1963 gedood.

Vijf dochters van Agram zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Ankerprinzess Hann, 1960, schimmel, MV. Amselkönig I Hann, is de moeder van de hengst Jonas Hann (1970, V. Joachim Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Almentanne Hann staatspremiemerrie, 1961, vos, MV. Freilauf II Hann, is de moeder van de broers Fürst Agram Oldbg (1969, V. Furioso II SF), Furi Agram Oldbg (1972) en Freiherr Oldbg (1972), die alle drie zijn goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek, terwijl Freiherr ook is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek;

Alsterpalme Hann, 1961, vos, MV. Achselschwang Hann, is de moeder van de hengst Wagram Hann (1976, V. Wienerwald Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse- en het BWP-stamboek;

Alsterröschen Hann staatspremiemerrie, 1961, is de moeder van de hengst Dux Hann (1975, V. Domspatz Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse- en het Zangersheide stamboek;

Adlerlady Hann, 1963, vos, MV. Schober Hann, is de moeder van de hengst Furier Zw (1971, V. Furioso II SF), die is goedgekeurd door het Rijnland-Palts-Saar stamboek.

Van de zonen van Agram zijn Eger I Hann (1956), Efendi Hann (1961) en Eger II Hann (1961) goedgekeurd voor de fokkerij. Zij worden onderstaand in afzonderlijke hoofdstukken besproken.

14.1.  Eger I Hann DE 331310399656

Eger I Hann (V. Agram Hann) is een donkerbruine hengst met een stokmaat van 164 cm. Hij is in 1956 geboren en is gefokt door Hermann Martens uit Nienwedel, dat in het noordoosten van Nedersaksen bij Hitzacker aan de Elbe ligt.
Eger I is een broer van de hengst Eger II Hann (1961, zie hfdst, 14.3.).
De moeder van beide hengsten is de zwarte staatspremiemerrie Fechterkind Hann (1947, V. Fechtmeister Hann) en tweede moeder is de bruine Scholis Hann (1943, V. Schober Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Eger I een afstamming met 68,8 % Hannoveraans bloed en 12,5 % Engels- en Arabisch volbloed.

Eger I is in het najaar van 1958 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij heeft in 1959 in Westercelle deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 300 dagen, dat hij als vijftiende van de 20 deelnemende hengsten heeft afgesloten.

Het Landgestüt Celle heeft Eger I van 1960 tot en met 1968 beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Daarbij heeft hij van 1960 tot en met 1964 op een dekstation in Hechthausen, circa 15 km ten westen van Stade, gestaan en vervolgens van 1965 tot en met 1968 op een dekstation in Steinhorst, dat 20 km ten oosten van Celle ligt.
In 1969 is Eger I gedood.

Van Eger zijn vier staatspremiemerries, 44 hoofdstamboekmerries en drie stamboekmerries geregistreerd. Ook zijn van hem 89 nakomelingen vastgelegd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen DM 26.324 (€ 13.459) gewonnen.

Dochter Enzi Hann, 1965, bruin, MV. Aller Hann, is de moeder van de hengst Wohler  II Hann (1969, V. Wöhler Hann), die is goedgekeurd door het Nieuw-Zeelandse stamboek.

14.2.  Efendi Hann DE 331310407261

Efendi Hann (V. Agram Hann) is een schimmel hengst met een stokmaat van 165 cm. Hij is in 1961 geboren en is gefokt door Gerhard Schäfer uit Klein Heide, dat enkele kilometers ten zuiden van Dannenberg in het noordoosten van Nedersaksen ligt.

De moeder van Efendi is de vos staatspremiemerrie Achsennelke Hann (1953, V. Achselschwang Hann). Zij is ook de tweede moeder van de hengst Hasdrubal Rhein (1983, V. Hartgold Rhein), die is goedgekeurd door het Rijnlandse- en het Westfaalse stamboek.
Tweede moeder van Efendi is de vos Almliebste Hann (1936, V. Alex Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Efendi een afstamming met 58,6 % Hannoveraans bloed, 20,3 % Engels- en Arabisch volbloed en 10,2 % Trakehner bloed.

Efendi is in november 1963 in Hunnesrück goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek en heeft in 1964 in Westercelle deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 300 dagen. Van de vijftien deelnemende hengsten heeft hij het onderzoek als tweede beëindigd.
Behalve het Hannoveraanse stamboek hebben ook het Mecklenburgse- en het Rijnland-Palts-Saar stamboek Efendi goedgekeurd.

Efendi is van 1965 tot en met 1976 op een dekstation in Bremervörde door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Na afloop van het dekseizoen 1976 is Efendi gedood.

Van Efendi zijn 10 staatspremiemerries, 160 hoofdstamboekmerries en 19 stamboekmerries geregistreerd.

Zeven dochters van Efendi zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Ehrenflora Hann, 1966, schimmel, MV. Amselkonig II Hann, is de moeder van de hengst Agrami Hann (1974, V. Agami xx), die is goedgekeurd door het BWP;

Eugenia Hann staatspremiemerrie, 1966, schimmel, MV. Markant Hann, is de moeder van de hengst Gold Dollar Hann (1970, V. Gotthard Hann), die is goedgekeurd door het Westfaalse stamboek;

Elbfahrt Hann, 1967, schimmel, MV. Wulf Hann, is de moeder van de hengst Wörth Hann (1976, V. Wörmann Hann), die is goedgekeurd door het Rijnland-Palts- Saar stamboek;

Eldena Hann, 1967, bruin, MV. Almhügel III Hann, is de moeder van de hengsten Wellington Hann (1975, V. Wendekreis Hann), zijn broer Wendepunkt Hann (1976) en Playboy Hann (1981, V. Pik Bube I Hann), die alle drie zijn goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Playboy is ook goedgekeurd door het Baden-Württembergse stamboek;

Ehrenbuche Hann staatspremiemerrie, 1968, vos, MV. Wolfgang Hann, is de moeder van de hengst Angriff-Anruf Hann (1976, V. Absatz Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse-, Oldenburgse- en Baden-Württembergse stamboek;

Efta Hann, 1973, vos, MV. Dollart Hann, is de moeder van de hengst Gottwald Hann (1978, V. Greenhorn Hann), die is goedgekeurd door het Rijnland-Palts-Saar-, het Saksische- en het Saksen-Anhalt stamboek en

Erle Hann, 1975, schimmel, MV. Abhang I Hann, is de moeder van de hengst Gera Hann (1984, V. Geronimo Hann), die is goedgekeurd door het Westfaalse- en het Oldenburgse stamboek.

Van Efendi’s zonen zijn Echo I Hann (1966) en zijn broer Echo II Hann (1968) goedgekeurd voor de fokkerij. Zij worden verderop in de tekst in afzonderlijke hoofdstukken besproken.

Volgens de All Breed database zijn 236 nakomelingen van Efendi als wedstrijdpaard vastgelegd, die samen DM 161.809 (€`82.731) hebben gewonnen.
Volgens de Duitse overkoepelende organisatie voor de paardensport en de paardenfokkerij (FN) zijn 264 nakomelingen van Efendi als wedstrijdpaard geregistreerd, met een gezamenlijke winsom van € 180.756.

De  meest winnende nakomeling is de donkere vos ruin Exzellenz Hann, 1967, MV. Domspatz Hann, die in 1980 door Heinrich-Wilhelm Johannsmann (GER) in internationale springwedstrijden is uitgebracht. De combinatie heeft in 1980  puissancewedstrijden in Londen-Wembley en Donaueschingen gewonnen en is in Aken vierde geworden in het Kampioenschap van Duitsland.
De ruin is van 1977 – 1979 en van 1981 – 1986 door Claus-Heinrich Bohlmann (GER) in nationale Duitse wedstrijden uitgebracht.
Exzellenz heeft een winsom van € 50.098.

14.2.1.  Echo I Hann DE 331310060566

Echo I Hann (V. Efendi Hann) is een schimmel hengst die in 1966 is geboren. Hij is gefokt door Eilt Frerichs uit Stedesdorf, dat circa 10 km ten noorden van Wittmund in het noordwesten van Nedersaksen (Oost Friesland) ligt.
Echo I is een broer van de hengst Echo II Hann (1968, zie hfdst. 14.2.2.).
De moeder van beide hengsten is de zwarte staatspremiemerrie Epoche Hann (1962, V. Ernö Hann) en tweede moeder is de vos Festkost Hann (1945, V. Festus Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Echo I een afstamming met 68,0 % Hannoveraans bloed en 10,2 % Engels- en Arabisch volbloed.

Echo I is in het najaar van 1968 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek en heeft in 1969 in Westercelle deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 300 dagen. Van de 28 deelnemende hengsten is Echo I als 27^e geëindigd.

Echo I is in 1969 en 1970 voor de fokkerij beschikbaar geweest op een dekstation in Abens, dat dichtbij de geboorteplaats van de hengst ligt. In 1971 heeft hij in Altenoyte gestaan, dat circa 25 km ten noorden van Cloppenburg ligt.

Volgens de Duitse fokkerij- en sportorganisatie zijn 21 nakomelingen van Echo I geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen € 15.725 gewonnen.

14.2.2. Echo II Hann DE 331310423968

Echo II Hann (V. Efendi Hann) is een schimmel hengst met een stokmaat van 167 cm. Hij is in 1968 geboren en is gefokt door Eilt Frerichs uit Stedesdorf, dat circa 10 km ten noorden van Wittmund in het noordwesten van Nedersaksen (Oost Friesland) ligt.
Echo II is een broer van de hengst Echo I Hann (1966, zie hfdst. 14.2.1.).

De moeder van beide hengsten is de zwarte staatspremiemerrie Epoche Hann (1962, V. Ernö Hann) en tweede moeder is de vos Festkost Hann (1945, V. Festus Hann)

Gerekend over acht generaties heeft Echo II een afstamming met 68,0 % Hannoveraans bloed en 10,2 % Engels- en Arabisch volbloed.

Echo II is in het najaar van 1970 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. In 1971 heeft hij in Westercelle deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 300 dagen. Daarover is gerapporteerd dat de stap van Echo II goed is en de draf en galop voldoende zijn. Echo II heeft een rustig temperament en een goed karakter. Onder de ruiter is hij eenvoudig te rijden. Hij heeft voldoende springaanleg. Kortom Echo II is een rustig en ongecompliceerd rijpaard met gemiddelde capaciteiten.

Echo II is van 1972 tot en met 1981 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij.

De zonen Egram Hann (1978) en Eminenz Hann (1980) zijn goedgekeurd voor de fokkerij.

De hengst Egram Hann (MV. Absurd Hann) is goedgekeurd door het BWP, dat in 1982 en 1983 veertien nakomelingen van hem heeft geregistreerd.

De hengst Eminenz Hann (MV. Cavalier Hann) is goedgekeurd door het Hannoveraanse- en het Amerikaans Hannoveraanse stamboek. Hij heeft in het najaar van 1983 in Adelheidsdorf deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 100 dagen, waarbij hij 96,52 punten heeft behaald. Hij heeft het onderzoek als 26^e van de 39 deelnemende hengsten afgerond.
Eminenz is vervolgens in de Verenigde Staten ingezet voor de fokkerij.

14.3. Eger II Hann DE 331310407361

Eger II Hann (V. Agram Hann) is een zwarte hengst met een stokmaat van 158 cm. Hij is in 1961 geboren en is gefokt door Hermann Martens uit Nienwedel, dat in het noordoosten van Nedersaksen bij Hitzacker aan de Elbe ligt.

Eger II is een broer van de hengst Eger I Hann (1956, zie hfdst. 14.1.).

De moeder van beide hengsten is de zwarte staatspremiemerrie Fechterkind Hann (1947, V. Fechtmeister Hann) en tweede moeder is de bruine Scholis Hann (1943, V. Schober Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Eger II een afstamming met 68,8 % Hannoveraans bloed en 12,5 % Engels- en Arabisch volbloed.

Eger II is in november 1964 in Verden goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. In 1965 heeft hij in Westercelle deelgenomen aan een verrichtingsonderzoek van 300 dagen, dat hij van de vijftien deelnemende hengsten als derde heeft afgesloten.
Het Landgestüt Celle heeft Eger II van 1965 tot en met 1969 beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Daarbij heeft hij in 1965 op een dekstation in Luhmühlen gestaan, in 1965 is hij als reizende dekhengst ingezet; in de jaren 1967 – 1968 heeft hij op een dekstation in Farven, dat tussen Stade en Zeven ligt, gestaan en in 1969 op een bedrijf in Weseloh, dat tussen Bremen en Nienburg ligt. Na het dekseizoen 1969 is Eger II gecastreerd.

Van Eger II zijn een staatspremiemerrie, negentien hoofdstamboekmerries, en een stamboekmerrie geregistreerd.

Dochter Elfie Hann, 1969, zwart, MV. Dominikaner III Hann, is de moeder van de hengsten Saphir Hann (1976, V. Salem Hann) en Dynamit Hann (1981, Dynamo Hann). Saphir is goedgekeurd door het Hannoveraanse- en Hessische stamboek en Dynamit is goedgekeurd door het Hannoveraanse-, Oldenburgse- en Nieuw Zeelandse stamboek.

De zonen Edzard Hann (1966) en Egbert Oldbg (1969) zijn goedgekeurd voor de fokkerij.
De hengst Edzard wordt besproken in hoofdstuk 14.3.1. De hengst Egbert Oldbg (MV. Fernjäger Hann) is goedgekeurd door het Oldenburgse stamboek. Van hem is één nakomeling bekend.

Van Eger II zijn volgens de All Breed database 48 nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen DM 190.032 (€ 97.162) gewonnen.

Zijn bekendste nakomeling is de merrie Erle Hann, 1966, schimmel, MV. Eljen Hann, fokker Gestüt Nehmten (dr. Schnapka), die met Hartwig Steenken (GER) veel succes heeft geboekt in de springsport. De combinatie heeft onder andere met het Duitse team de gouden medaille in de landenwedstrijd gewonnen tijdens het Europese kampioenschap 1975 in München en heeft bij dat kampioenschap individueel de zilveren medaille gewonnen.

14.3.1.  Edzard Hann DE 331320232166

Edzard Hann (V. Eger II Hann) is een bruine hengst met een stokmaat van 164 cm. Hij is op 5 mei 1966 in Duitsland geboren.
De moeder van Edzard is de donkerbruine Laura Hann (1951, V. Lateran Trak) en tweede moeder is de donkerbruine Imma Hann (1936, V. Impressionist xx).

Gerekend over acht generaties heeft Edzard een afstamming met 49,2 % Hannoveraans bloed, 31,3 % Engels- en Arabisch bloed en 14,1 % Trakehner bloed.

Edzard is in het najaar van 1968 goedgekeurd door het Hannoveraanse- en Westfaalse stamboek. Hij is van 1968 tot en met 1977 beschikbaar geweest voor de fokkerij.
Volgens gegevens van de Duitse overkoepelende organisatie voor de paardensport en de paardenfokkerij zijn 21 nakomelingen van Edzard geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen een winsom van € 3.802.

15.  Altried Hann DE 331310330039

Altried Hann (V. Alkoven I Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 164 cm. Hij is in 1939 geboren en is gefokt door Hermann Drewes uit Sethlerhemm, dat bij Hemmoor in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Altried is de vos merrie Febra Hann (1921, V. Flieder Hann) en tweede moeder is de vos Calypso Hann (1913, V. Cadet Hann).

Gerekend over acht generaties heeft Altried een afstamming met 38,3 % Hannoveraans bloed en 29,7 % Engels- en Arabisch bloed.

Altried is in het najaar van 1941 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1942 tot en met 1955 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Daarbij heeft hij van 1942 tot en met 1951 op een dekstation gestaan in Hollern, dat in het noorden van Nedersaksen bj Stade aan de Elbe ligt. Daarna heeft hij tot en met 1955 op een station in Ritterhude, dat ten noorden van Bremen ligt, gestaan. Na het dekseizoen 1955 is Altried gedood.

Van Altried zijn 14 staatspremiemerries, 61 hoofdstamboekmerries en 13 stamboekmerries geregistreerd.

Zijn zoon Ewald Hann (1950, MV. Axenstein II Hann) is goedgekeurd voor de fokkerij. Hij is drie jaar in de fokkerij actief geweest maar heeft geen grote bijdrage geleverd aan de fokkerij.

Van Altried zijn acht nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen € 600 gewonnen.

16.   Axel Hann DE 331310337740

Axel Hann (V. Alkoven I Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 160 cm. Hij is in 1940 geboren en is gefokt door Hermann Helwege uit Kranenburg, dat circa vijftien km ten westen van Stade in het noorden van Nedersaksen ligt.

De moeder van Axel is de vos merrie Alpenbeere Hann (1935, V. Alpenfeld Hann) en tweede moeder is een dochter van de hengst Hammer (1925). Zij is ook de tweede moeder van de hengst Welf Hann (1948, V. Freiherr Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.

Gerekend over acht generaties heeft Axel een afstamming met 48,4 % Hannoveraans bloed, 21,9 % Engels volbloed en 12,5 % Trakehner bloed.

Axel is in het najaar van 1942 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek en is van 1943 tot 1954 door het Landgestüt Celle beschikbaar gesteld voor de fokkerij. Hij heeft in de jaren 1943 – 1952 op een dekstation gestaan in Großenwörden, dat ten noordwesten van Stade in het noorden van Nedersaksen ligt. In 1953 en 1954 is hij beschikbaar geweest in Otterstedt, dat ten noordoosten van Bremen ligt. In de loop van 1954 is Axel overleden.

Van Axel zijn elf staatspremiemerries, 55 hoofdstamboekmerries en acht stamboekmerries geregistreerd.

Twee dochters zijn moeder van een goedgekeurde hengst geworden:

Àxtlese Hann, 1951, bruin, MV. Dolman Hann, is de moeder van de hengst Dolerit Hann (1968, V. Don Carlos Hann), die is goedgekeurd door het Namibische stamboek en

Axtflanke Hann staatspremiemerrie, 1952, vos, MV. Foliant Hann, is de moeder van de hengst Senegal Hann (1962, V. Sender Hann), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.

Voorts zijn vier zonen van Axel goedgekeurd voor de fokkerij: Athener Hann (1944), Axinit Hann (1945), Alligator Hann (1948) en Exkönig Hann (1949).

De hengst Athener wordt verderop in de tekst in een afzonderlijk hoofdstuk besproken.

De hengst Axinit Hann (MV. Foliant Hann) is goedgekeurd door het Mecklenburgse stamboek en is in de Deutsche Demokratische Republik actief geweest in de fokkerij. Van hem zijn drie goedgekeurde zonen (Axenberg Berl-Brand, 1949; Axenburg Berl-Brand, 1949 en Amos Berl-Brand, 1951) bekend, maar over hun fokkerijprestaties is geen informatie beschikbaar.

De hengst Alligator Hann (MV. Falk I Hann) is goedgekeurd door het Westfaalse stamboek, maar hij is voor de fokkerij niet van belang geweest.

De hengst Exkönig Hann (MV. Friesenkonig Hann) is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek, maar heeft in de fokkerij geen rol van betekenis gespeeld.

Van Axel zijn zeven nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard. Zij hebben samen 5.041 DM (€ 2.577) gewonnen.

16.1.  Athener Hann DE 331310356644

Athener Hann (V. Axel Hann) is een vos hengst met een stokmaat van 161 cm. Hij is in 1944 geboren en is gefokt door Adolf Jungclaus uit Großenwörden, dat vijf km ten oosten van Hemmoor en 15 km ten noordwesten van Stade in het noorden van Nedersaksen ligt.
De moeder van Athener is de vos staatspremiemerrie Forbita Hann (1940, V. Forscher Hann) en tweede moeder is een dochter (1934) van de hengst Mormone Hann.

Gerekend over acht generaties heeft Athener een afstamming met 56,3 % Hannoveraans bloed, 19,5 % Engels volbloed en 13,3 % Trakehner bloed.

Athener is in het najaar van 1946 goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek. Hij is van 1947 tot en met 1956 voor de fokkerij beschikbaar gesteld door het Landgestüt Celle. Daarbij heeft hij in de jaren 1947 – 1950 op een dekstation gestaan in Achim, dat ten zuidoosten van Bremen ligt, en van 1951 tot en met 1956 op een dekstation in Hepstedt, dat circa tien km ten westen van Zeven in Nedersaksen ligt. Na het dekseizoen 1956 is Athener gedood.

Van Athener zijn zes staatspremiemerries, 31 hoofdstamboekmerries en zeven stamboekmerries geregistreerd.

Dochter Arabia Hann staatspremiemerrie, 1949, bruin, MV. Athos Hann, is de moeder van de hengst Joker Hann (1956, V. Jonkheer xx), die is goedgekeurd door het Hannoveraanse stamboek.

Van Athener zijn zes nakomelingen geregistreerd als wedstrijdpaard.

Afgesloten op 17 juni 2023